Een kwestie van kennis én houding

Cultuursensitief werken in gezondheidszorg en welzijnswerk Een kwestie van kennis én houding

Het is algemeen bekend dat de werkzaamheid of effectiviteit van een behandeling of interventie mede samenhangt met de manier waarop de professional en de cliënt met elkaar omgaan. Dit noemt men de werkrelatie (ook wel de therapeutische relatie).

Belangrijke vragen hierbij zijn: Begrijpen beiden elkaar? Gelooft de cliënt wat de professional zegt en doet? Vertrouwt de cliënt de zorg- of dienstverlener?

Kwaliteit van de communicatie en de werkrelatie

Cultuursensitief werken is belangrijk voor de gezondheidszorg en het welzijnswerk, omdat het de kwaliteit van de communicatie en de werkrelatie tussen professional en cliënt verhoogt. Cultuursensitief werken impliceert dat zorg- en welzijnsprofessionals enige kennis hebben van andere culturen en levensbeschouwingen dan die waarmee zij zelf zijn opgegroeid.

Daarnaast is het zeker zo belangrijk dat de professional met een zo open mogelijke blik en gemoed de cliënt tegemoet treedt. Een dergelijke open houding is de kern van cultuursensitief werken.

Het betekent dat de professional oog heeft voor de diversiteit en dynamiek van culturele fenomenen in de alledaagse praktijk. Hierbij gaat het erom dat de professional zich ervan bewust is dat bijvoorbeeld ‘de’ Surinaamse cultuur niet bestaat, omdat er onder Surinamers en onder Surinaamse Nederlanders verschillende subculturen en levensbeschouwingen te onderscheiden zijn.

Relevant hierbij is ook het besef dat (sub)culturen veranderen, zowel in de landen van herkomst als in Nederland. Zo beleven sommige Marokkaans-Nederlandse jongeren ‘de’ islam anders dan de manier waarop hun ouders hun geloof praktiseerden.

Culturele zelfreflectie

Ook culturele zelfreflectie is een belangrijk aspect van cultuursensitief werken. Dat wil zeggen dat de zorg- of welzijnsprofessional inzicht heeft in zijn eigen cultuur en levensbeschouwing en zich bewust is van de mogelijke invloed daarvan op de communicatie met cliënten met een andere achtergrond.

Die invloed doet zich bijvoorbeeld gelden bij vragen als: ‘Wat doe je als geseculariseerde vrouwelijke professional als een mannelijke moslimcliënt je geen hand geeft?’ Of ‘Wat doe je als Surinaams-Nederlands hindoeïstische professional met een autochtone christelijk-gereformeerde cliënt, die zegt dat jij hem op grond van verschillen in geloofsachtergrond niet kunt begrijpen?’


Dit is een deel uit het artikel “Cultuursensitief werken in zorg en welzijn: een kwestie van kennis én houding”, in 2016 verschenen in Epidemiologisch Bulletin. Het hele artikel is te downloaden als PDF op de pagina Publicaties en Media.