‘If men define situations as real, they are real in their consequences.’

Onlangs las ik het boek ‘Wij zijn van ons’ van socioloog Mark van Ostaijen. Daarin constateert hij dat in onze geïndividualiseerde samenleving ter verklaring van het menselijk gedrag de psychologische benadering domineert. Zo wijst hij op het grote aantal zelfhulpboeken om je als individu te ontwikkelen, de aandacht voor mindfulness en de populariteit van neuropsychologen als Erik Scherder en Dick Swaab.

Door de eenzijdige aandacht voor de psyche van de mens gaan betrokkenen volgens van Ostaijen voorbij aan de sociale aspecten van ons gedrag. Dat laatste is bij uitstek het terrein van de sociologie. Hij pleit voor een herwaardering van dit laatste vakgebied.

 

Selffulfilling prophecy

Ter illustratie van zijn pleidooi wijst van Ostaijen op diverse belangrijke inzichten van sociologen. Daartoe hoort het bekende begrip ‘selffullfilling prophecy’ van Merton. Die laatste liet zich inspireren door het beroemde citaat van Thomas: ‘If men define situations as real, they are real in their consequences.’ Afgelopen tijd realiseerde ik mij weer de waarde van dergelijke inzichten voor mijn eigen werk.

 

Magie en geesten

Recentelijk heb ik een bijdrage geleverd aan twee studiedagen voor COA-medewerkers. Daarbij ging het over het geloof in magie en geesten onder sommige Eritrese asielzoekers en statushouders. Ter voorbereiding op deze dagen las ik onder meer het artikel ‘Een reële angst voor voodoogeesten’ van Nienke Fleuren en Pim Scholte ( Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 15 maart 2019). Zij beschrijven de casus van een Nigeriaanse man van 35 jaar. Hij is destijds door mensenhandelaren benaderd, die hem zeiden dat zij hem aan werk in Europa konden helpen. Zij zouden de reiskosten voorschieten op voorwaarde dat hij het later zou terug betalen. Deze afspraak werd bezegeld met een voodooritueel, waarbij werd gesteld dat als de man het geld niet terug zou betalen hij last van geesten zou krijgen.

 

Psychiatrische of culturele problemen?

Eenmaal in Nederland werd de man gedwongen in de homoprostitutie te gaan werken. Met veel twijfels rond het ritueel is de man uit de prostitutie gestapt. Hij is vervolgens ander werk gaan doen, maar kreeg geleidelijk last van psychische problemen als nachtmerries, slapeloosheid en angsten overdag. Omdat dit zijn dagelijks functioneren aantastte werd hij door de huisarts doorverwezen naar de GGZ met vermoedens van een posttraumatische stressstoornis. De auteurs benadrukken dat het risico bestaat dat in dergelijke situaties culturele of maatschappelijke problemen onterecht gemedicaliseerd kunnen raken. Om dit te voorkomen bepleiten zij een cultuursensitieve aanpak.

 

Ptss, angststoornis of voodoo?

Fleuren en Scholte lieten de patiënt eerst uitgebreid zijn verhaal doen. Daaruit bleek volgens hen dat zijn angsten inzake de geesten ‘volstrekt reëel’ waren. Hierbij spreken zij van een ‘selffulfilling prophecy’: de angst voor de geesten leidden ertoe dat de man ook daadwerkelijk psychische problemen kreeg. In dit geval was er volgens de artsen geen sprake van een angststoornis en ook niet van ptss. Doorverwijzing naar specialistische psychiatrie achtten zij dan ook onnodig. In zes begeleidingsgesprekken hebben zij met de patiënt zowel zijn perspectief als dat van henzelf besproken. Doordoor werd het de man geleidelijk duidelijk dat de mensenhandelaren valse motieven hadden en dat de voodoo in feite niet kon werken.

 

De zin van cultuursensitief werken

In mijn lezingen voor COA-medewerkers heb ik de bevindingen van Fleuren en Scholte beschreven ter illustratie van de zin van cultuursensitief werken. Maar ook heb ik hen gewezen op het belang van sociologische én antropologische inzichten als het gaat om het begrijpen van menselijk gedrag.